WAAROM, HOE EN WIE

WAAROM

Op enkele namen na bestaat het oude Nederlandse spelalfabet alleen uit ouderwetse witte mannennamen. Zoiets schijnbaar onbenulligs en alledaags als een spelalfabet laat natuurlijk een veel groter verschijnsel zien: het feit dat in onze hele samenleving ‘de witte man’ als norm geldt, vaak zonder dat we het doorhebben.
Hiermee bevestigen we keer op keer de witte mannennorm én reproduceren we, onbewust, een beeld van de samenleving dat niet bestaat (en nooit bestaan heeft). Dit is beeldvormend en beeldbepalend. Wetenschappelijk onderzoek toont bijvoorbeeld aan dat woorden en woordcombinaties die we in taal horen, meebepalen in de manier waarop we de wereld waarnemen en indelen. Daarnaast heeft onze woordkeuze een psychologisch effect en daarmee gevolgen voor mensen en samenleving. Zo zijn we bijvoorbeeld, ook in taal, gewend om mannen voor vrouwen te plaatsen.

Wij vinden dat het spelalfabet, iets wat we dagelijks gebruiken, een afspiegeling moet zijn van de samenleving. Want Nederland bestaat niet alleen uit Antons en Pieters. Sterker nog: dat heeft het nooit bestaan.

Ook stellen we de wit-mannelijke norm ter discussie. Daarom hebben we niet-mannelijke en namen die voornamelijk gedragen worden door mensen van kleur in het nieuwe spelalfabet verwerkt. Hiermee hopen we een inclusievere afspiegeling van Nederland te schetsen en bij te dragen aan het normaliseren van deze namen.

Door een alternatief te bieden voor het oude spelalfabet, kaarten we niet alleen een probleem aan maar komen we ook met de oplossing.

Wie zijn wij

Het Nieuwe Spelalfabet is ontwikkeld door professor naamkunde dr. ir. Gerrit Bloothooft, fotograaf en taalwetenschapper Desiré van den Berg en schrijver/journalist Jill Mathon. De Bovengrondse heeft hen geholpen met de realisatie van het project én de geringe onkosten gedekt. Iedereen die heeft meegewerkt aan Het Nieuwe Spelalfabet deed dit vrijwillig. Alleen voor de modellen was een kleine vergoeding beschikbaar.

Meer weten over De Bovengrondse?
Check debovengrondse.nl

Hoe

Over het Nieuwe Spelalfabet is goed nagedacht. Er is rekening gehouden met de volgende criteria:

1. Representatie en herkenbaarheid
Er is gekeken naar de populairste namen (>100 keer gegeven per jaar) onder mensen die van 1971 tot en met 2017 woonachtig waren in Nederland (dus niet per se hier geboren). Binnen de letter hebben we gekeken naar de 10% populairste namen. Omdat bijvoorbeeld veel meer namen met een A beginnen, dan met een X, hadden we bij A meer keuze (56) dan bij de X (2).

We hebben dit zo gedaan omdat het voor het gebruik van het spelalfabet belangrijk is dat je de namen herkent. Het gebruik van minder populaire namen zou het doel daarmee voorbij gaan.

bron: Gerrit Bloothooft, Utrecht institute of Linguistics.

2. Onderscheidend
Laten we het uitleggen met een voorbeeld: de A van Anne is geen optie omdat je daarin de H van Hanne zou kunnen horen. We hebben gezocht naar onderscheidende namen die dusdanig onderling verschillen dat ze niet tot vergissingen leiden.

3. Duidelijke eerste klank in het Nederlands
Sommige eerste letters van namen klinken in het Nederlands anders dan hoe je ze schrijft. Zo klinkt Jayden als ‘Djeeden’, Chantal als ‘Sjantal’ en Cornelis als ‘Kornelis’. Dat kan tot verwarring leiden en dat moeten we niet hebben.

4. Minder dan drie lettergrepen.
Anders duurt het spellen zo lang ;)

5. Afkomst
Nederlands, Fries, Spaans, Arabisch, Egyptisch, Frans, Amerikaans, Italiaans, Slavisch, Hebreeuws, Latijns, Duits, Turks. We hebben zo veel mogelijk afkomsten proberen te vertegenwoordigen. Helaas is het niet gelukt om nog meer afkomsten mee te nemen. Dat komt door punt 1 en 3.

EERVOLLE VERMELDING

Leer de nieuwe namen kennen

Naar overzicht